Over hoe het steegje aan zijn schilderachtige benaming
“Pauselijke Staten” kwam, vertelt Grad Vollenberg: ….”
Het was weer eens feest in de stad. Paus Leo XIII vierde in 1888 zijn 10-jarig kroningsfeest, iets was het katholieke en feestgrage Grave niet ongevierd voorbij liet gaan. Zo werden er op de sociëteit “Tot nut en vermaak” voor en door de leden voorstellingen gegeven van “tableaus vivants”, levende schilderijen zogezegd, die voor deze gelegenheid het leven van de jubilerende paus tot onderwerp hadden. De figuur van Paus Leo XIII werd gespeeld door ene Gerard Aalbers, die op de bewuste avond als paus schitterde in witte toga en pellerina met een calotje op het hoofd. Hij speelde de rol met veel verve. Nu wil het dat diezelfde Grad Aalbers aan het steegje tussen de Oude Haven en de Oliestraat onroerend goed bezat in de vorm van 5 kleine huisjes. Huisjes die hij voor drie kwartjes in de week verhuurde. Na afloop van de feestavond op de sociëteit werd de Graafse Leo XIII, die zich in zijn glansrol flink had laten fêteren en meer op had dan eigenlijk goed voor hem was, door familie, kennissen en vrienden naar huis begeleid, zoals te doen gebruikelijk bij personen die tijdelijk best een vaste arm of schouder kunnen gebruiken. Het vrolijk dansend en zingend gezelschap “vergiste” zich in Aalbers’ juiste adres in de Hamstraat en kwam – wat heet toeval – helemaal aan de andere kant van het stadje terecht bij het steegje aan de Oude Haven, waar zich de gevierde held van die avond, nog steeds in de rol van Paus Leo XIII, zijn bezittingen liet binnenvoeren. Daar en op dat moment zou hij de historische woorden hebben gesproken:
“Beste vrienden, hier bevinden wij ons dan in wat je zou kunnen noemen de bezittingen van het Vaticaan; voortaan zullen dit dan ook de “Pauselijke Staten” zijn; dat dit tot in lengte van dagen moge voortduren!”.
Arme Paus Leo XIII, alias Gerard Albers – op 10 mei 1954 vielen de Graafse ‘Pauselijke Staten’ onder de wrede slopershamer…”